Director,
T.E.(Terry)
Manning,
Schoener 50,
1771 ED Wieringerwerf,
The Netherlands.
Tel:
0031-227-604128
Homepage:
http://www.flowman.nl
E-mail: (nameatendofline)@xs4all.nl
: bakensverzet
Incorporating
innovative social, financial, economic, local administrative and productive
structures, numerous renewable energy applications, with an important role for
women in poverty alleviation in rural and poor urban environments.
"Money is not
the key that opens the gates of the market but the bolt that bars them"
Gesell, Silvio The Natural Economic Order
Revised English
edition, Peter Owen, London 1958, page 228
Edition 03: 3 december, 2007
[Dit is het eerste van vier artikelen over
ontwikkelingssamenwerking begin 21ste eeuw.
In deze inleiding worden verleden en actuele activiteiten betreffende
ontwikkelingssamenwerking in relatie gebracht met de politieke wil van
donorlanden aan hun internationale verplichtingen te voldoen.]
[In het tweede artikel wordt een
analyse van de subjectieve en objectieve
aspecten van de basisbehoeftes voor een goede kwaliteit van leven gemaakt en
een voorbeeld van typisch te verwachten resultaten van geïntegreerde
ontwikkelingssamenwerking projecten aangegeven.]
[In het derde artikel, worden de
binnen het kader van zelffinancierende duurzaam geïntegreerde
ontwikkelingsprojecten te creëren structuren stapsgewijs beschreven.]
[In
het laatste deel worden de reële kosten van geïntegreerde ontwikkeling
geanalyseerd en de conclusie getrokken dat het geld dat al binnen het huidige
stelsel van ontwikkelingssamenwerking beschikbaar is voldoende is om de armoede
in de wereld snel te kunnen doen verdwijnen.]
In een recent boek [1] citeert auteur
en academicus William Easterly
een pleidooi van de nieuwe premier van Engeland, Gordon
Brown, voor een verdubbeling van de begroting van
westerse landen voor ontwikkelingssamenwerking. Brown
onderstreepte het feit dat medicijnen die de helft van het aantal sterfgevallen
aan malaria zouden kunnen vermijden een kostprijs van maar 12 US$ cent per dosis hebben, en een klamboe om een kind
malariavrij te laten leven een kostprijs van maar US$4. Verder zou, volgens Brown, het sterven van 5 miljoen kinderen over de komende
10 jaar vermeden kunnen worden tegen een kostenplaat van maar US$3 voor iedere
aanstaande moeder.
Easterly maakt hierover de volgende doeltreffende opmerking :
“Maar Gordon Brown zweeg over de andere
tragedie van ’s werelds armsten. Deze tweede tragedie
is dat het westen al US$ 2.3 duizend miljard [US$ 2.3 biljoen] aan ontwikkelingssamenwerking over de
laatste 50 jaar heeft uitgegeven, doch zonder doses medicijnen van 12 US$ cent voor arme kinderen te betalen….zonder klamboes van
US$4 voor de armste gezinnen beschikbaar te maken….. zonder US$3 voor elke
aanstaande moeder beschikbaar te stellen om 5 miljoen gevallen van
kindersterfte te vermijden.” [2]
Als de kern van de
ontwikkelingsproblematiek zo eenvoudig is zal de lezer zich afvragen waarom er tot
nu toe zo weinig is gebeurd. Waar zijn die US$ 2.3
biljoen gebleven? Dat is een goede vraag. De vraag komt aan de kern van de tot
nu toe uitgevoerde initiatieven voor ontwikkelingssamenwerking. Het gaat
bovenal om een gewetensvraag. Het gaat om de werkelijke politieke wil van
donorlanden en van machtshebbers in de arme landen, die vaak voor gevestigde
belangen opkomen, om een stapje terug te nemen om armoedebestrijding effectief
te doen bevorderen. Een stapje terug waarbij de belangen van de armsten in ontwikkelingslanden worden gediend in plaats van
die van subsidiezoekende instanties en professionele groepen in de donorlanden
en de elites in de arme landen zelf. Wil men dat stapje terug nemen, dan kan de
armoede in de wereld binnen een paar jaar verleden tijd worden. Neemt men geen
stapje terug, dan lossen wij het probleem van de armoedebestrijding niet op.
Het zou dan niet veel uitmaken hoeveel geld de rijke landen er in steken. Het
geld belandt simpelweg in de verkeerde handen en wordt voor verkeerde redenen
(doelen) uitgegeven. De rijken profiteren ervan en de armen worden steeds
armer.
Belangenverstrengeling
heeft samen met ontwikkelingssamenwerking sinds tenminste 50 jaar op allerlei
niveaus plaatsgevonden. De aanpak van donorregeringen en de internationale
gemeenschap is al sinds de jaren 80 van de vorige eeuw op scherpe wijze goed
gedocumenteerd, onder andere al in 1988 door Graham Hancock in zijn boek “Lords of Poverty”
[3]. In sommige donorlanden, waaronder Nederland, is er in de laatste jaren wat
meer aandacht aan de procedures voor het uitgeven van ontwikkelingsgeld
besteed. Onaanvaardbaar geachte praktijken worden langzamerhand onder betere
controle gebracht en, claimt men, er wordt een nieuwe era van steeds
efficiëntere ontwikkelingssamenwerking ingeluid. Tegelijkertijd wordt
ontwikkelingssamenwerking steeds in gevaar gebracht door de uitvoering van
projecten onder het mom van het actuele neoliberale slogan vóór samenwerking
tussen private en publieke partijen. [4]
“Net als het paard
van Troje, komen deze samenwerkingsbanden met een
belofte van een gift alleen om de armen in steeds grotere mate hun lokaal
gemobiliseerde middelen te ontnemen.” [5]
Behalve met de
grotendeels hopeloos inefficiënte doch “politiek aanvaardbaar” gebleven
vertolkers van de belangen van de geïndustrialiseerde naties die vanuit de
Verenigde Naties stemmen, werken regeringen van donorlanden steeds meer met
weinige, grotere, steeds machtiger wordende hulporganisaties, waaronder, in
Nederland, Cordaid, Hivos, ICCO, en Oxfam/Novib. Het gaat hier en in het algemeen om hoogst
respectabele instanties. Toch is het redelijk om er van uit te gaan dat elk van
hen een eigen agenda heeft, met eigen belangen en eigen te betalen kosten voor
administratie- en fondsenwerving.
Het blijft dus de
vraag of de belangen van regeringen, internationale instanties en de grotere
hulporganisaties, soms gekoppeld met een zeer beperkte visie over de
ontwikkelingsproblematiek in zijn geheel, van dien aard zijn om een efficiënte
bevordering van hun formele doelstellingen te kunnen bewerkstellen.
Een paar voorbeelden
om zulke twijfels beter te verklaren.
Één van de
belangrijkste hedendaagse richtlijnen voor internationale samenwerking is het
verdrag van Johannesburg van 4 september 2002, anders
bekend als de Millennium Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen. [6]
Artikel 66 (a) van
hoofdstuk VIII van het verdrag stelt doeleinden over drinkwatervoorzieningen in
Afrika vast, door
“(a) Toegang te
verschaffen tot drinkwater….…op huishoudelijk niveau door initiatieven voor de
aanmoediging van publieke en private investeringen…….. met respect voor de
plaatselijke omstandigheden van alle belanghebbenden…..” (Bron vertaling :
Federaal Planbureau, België, www.plan.be) .
Hierin vinden wij
onmiddellijk het stimuleren van “publieke en private investeringen” terug.
Daartegen komen zeer belangrijke concepten voor ontwikkelingssamenwerking zoals
“rente”, “monocultuur”, “lokale markten”, “lokale economieën”
“micro-economisch” en “lokale productie” in de VN doelstellingen helemaal niet
voor. De woorden “lokale ontwikkeling” komen maar één keer (in artikel 19)
voor, en dan alleen gekoppeld aan “nationale ontwikkeling”. Het kernprobleem
van de ontwikkelingsproblematiek, het vermijden van doorgaande financiële
lekkage uit arme gebieden, wordt in de declaratie van Johannesburg
maar één keer, in art. 83, en dan alleen maar indirect, genoemd.
Artikel 83 van de
Millennium Doelstellingen [6] spreekt boekdelen over de staat van “bewuste”
verwarring die is ontstaan wat betreft internationale samenwerking in het begin
van de 21ste eeuw. De lezer wordt uitgedaagd iets zinnigs van Art. 83 te maken.
Toch is dit artikel, net als het verdrag in zijn geheel, in alle
waarschijnlijkheid het resultaat van veel intensief werk door de crème de la
crème van het internationale samenwerkingscircuit. Van diegene die er geld aan
verdienen. Wie weet hoeveel geld het schrijven en goedkeuring van dit artikel
de wereldgemeenschap heeft gekost? Is dit dan het niveau van onze huidige,
globale, ontwikkelingssamenwerking?
“
De hardnekkige staat
van ontkenning die in veel donorlanden de werkelijkheid van hun
ontwikkelingssamenwerking nog steeds beheerst is samengevat in een zeer recent
en goed gedocumenteerd rapport van Aid Watch van mei 2007 over de huidige situatie in Australië
[7]. In dat geval vond men dat een derde van de huidige uitgaven niet eens
direct met armoedebestrijding te maken heeft, en 50% van de overgebleven
ontwikkelingsfondsen door maar tien particuliere Australische bedrijven wordt
gecontroleerd.
Een actueel artikel
in de “Observer” van zondag 27 mei 2007 gaat over
wereld voedselhulp (WFP World Food
Program). [8]. Het artikel beschrijft hoe de Verenigde Staten maïs CBS (Corn Soya Blend)
subsidieert, heden ten dage, schoolmaaltijden in Malawi, waar de lokale boeren
hun eigen productieoverschot van maïs voor 2006 niet eens voor 5 eurocent/kilo
kwijt kunnen. Twee derde van de kosten van de Amerikaanse hulpmaïs dekken de
kosten van internationaal vervoer en de administratiekosten van (Amerikaanse)
bedrijven. In werkelijkheid kost de Amerikaanse maïs in Malawi tenminste drie
keer zo veel als de lokale die al aanwezig is. Nog erger, Amerikaanse
maïsboeren ontvangen jaarlijks 3 miljard $US
subsidie van de Amerikaanse overheid. Ook de naar Malawi geëxporteerde
maïs zelf wordt op deze manier gesubsidieerd. Omdat de kleine boeren in Malawi
geen geld kunnen verdienen, kunnen ze geen zaad voor het volgende seizoen
kopen. Daardoor zal de bevolking van Malawi volgend jaar, onvermijdelijk en volstrekt
onnodig, honger lijden en afhankelijk van verdere (Amerikaanse) gesubsidieerde
voedselhulp worden.
Met de regionale
ontwikkelingsfondsen gaat het niet beter. “40 jaar van de ADB [Asian Development Bank] heeft 40
jaar lang vernietiging, schulden, en de bevordering van belangen van
corporaties betekend” [9] . De activiteiten van de ADB bevatten ook steun voor
de controversiële in 1999 door het Verenigde Koninkrijk en Japan samen met de
Wereld Bank opgerichte PPIAF – Public Private Infrastructure
Advisory Facility. Landen
als Noorwegen en Italië hebben zich al uit de PPIAF terug getrokken na een zeer
kritisch rapport over het financieren door de PPIAF van “activiteiten om
sceptische bevolkingen van de voordelen van privatisering te overtuigen”. De
meeste donorlanden, waaronder Nederland, blijven hun steun aan de PPIAF geven
[10] .
Zulke actuele
voorbeelden staan duidelijk haaks op de geest van de door de onderhavige
donorlanden zelf ondertekende Millennium Doelstellingen. Zonder de politieke
wil om een ander pad de bewandelen, zullen ook de mooiste doelstellingen ter
wereld bitter weinig opleveren. Sommige donorlanden doen het wat beter, maar
deze voorbeelden zijn onrustbarend goed vergelijkbaar met de door Hancock [3] beschreven omstandigheden van 20 jaar geleden.
1.
Easterly, William, The White Man’s Burden – Why the west’s efforts to aid
the rest have done so much ill and so
little good, Penguin Press, London, 2006. (Vertaling TEM)
2.
Bron :
www.globalenvision.org/library/3/1064, 25 april, 2006.
3.
Hancock Graham, Lords of Poverty, Macmillan, London, 1989.
4.
Countdown to Rio+10 – “Sustainable
Development” and the Public-Private
Pantomime, Corporate Europe
Observer, Issue 12, Corporate
Europe Observatory,
Amsterdam, 2002.
5.
Miraftab, Faranak, Public-Private Partnerships, The Trojan
Horse of Neoliberal Development? Journal of Planning Education and Research 24:89-101, Association
of Collegiate Schools of Planning, 2004.
6.
Johannesburg Declaration of Sustainable Development, 17th Plenary Meeting of the World Summit on Sustainable
Development, 4 september 2002.
7.
Duxfield D. and Wheen K, Fighting Poverty or Fantasy Figures,
Aid Watch, St Erskineville (NSW), May 2007.
8.
How America is Betraying the Hungry Children of Africa, Special Investigation, The Observer, 27
mei 2007,
9.
40 years of Debit, Poverty, and Ecological Plunder, People’s Statement on the ADB AGM, Kyoto, 7 mei 2007.
10. EU Observer, Brussels,
22/5/2007.
Presentatiepagina
artikelen over geïntegreerde ontwikkelingsconcepten in het Nederlands.
Inhoud:
2. Het armoedevraagstuk: Wat moeten
wij doen?
3. Hoe lossen wij het
armoedevraagstuk op?
4. De kosten van geïntegreerde
ontwikkelingsprojecten.
Artikelen in het Nederlands en in het
Engels over sommige aspecten van het Model.